Ik stond er mee op.
Met die vraag, én met een stram lijf. Geen idee waarom. Gisteravond nog gezellig met vriendin B. bijna twee uur flink doorgewandeld, daarna een lekker wijntje gedronken en heerlijk gaan slapen. Om vervolgens supergammel wakker te worden. Met De Vraag.
Ik had het er gister nog met vriendin E. over (tijdens het winkelen). Dat De Vraag je zo nu en dan flink dwars kan zitten. Dat je dan maar geen fatsoenlijk antwoord kan bedenken. “Wat vind jij?” vroeg ik terwijl ik een leuke rok bekeek. “Lomp en lesbisch,” zei E. “Dat bedoel ik niet,” zuchtte ik. Ik hing de rok terug. “Ik had het over De Vraag.”
E. wist het ook niet. Die had er zelf ook altijd moeite mee. Vooral in het weekend. Dan vroeg ze ‘t aan haar man. Die wist het meestal wel. Maar ik kon niets vragen, Paul was de hele dag weg. En de krant bood ook geen uitkomst. Te moeilijk, niet mijn smaakt etc. Ik kon natuurlijk wel gaan googlen maar ja, je moest wel een aanknopingspunt hebben.
Afijn. Ik ga zo eerst maar eens iets ondernemen. Weet nog niet wat. Misschien ga ik even naar het tuincentrum, of naar de tweedehands kinderkledingwinkel. Wie weet krijg ik daar inspiratie. En anders, tja, dan zit er niets anders op.
Dan moet ik De Vraag aan jullie voorleggen.